Vietnamese summerrolls

Zo, ik ben weer terug van mijn tripje naar Lausanne voor de Diamond League. En ik ben zeker niet ontevreden over de race. Ik stond vooraf 4e geplaatst (op basis van beste tijd van dit seizoen) en kwam als 2e, na Alysson Felix over de finish. Ik weet zeker dat ik er door veel training nog meer uit kan halen! Een goede voorbereiding op Peking dus :). En komende week vrijdag mag ik weer: dan is de Diamond League in Monaco. Ook daar loop ik de 200 meter.

Dit weekend weer even tijd om te relaxen! Ik ben uitgenodigd bij mijn zus en hebben we deze Vietnamese Summerrolls gegeten. Vietnamese loempiaatjes maar dan niet uit de frituur. Het is één van haar favoriete gerechten. Ik had ze zelf nog niet eerder gegeten maar was gelijk verkocht. Het is ook zo leuk met al die kleine bakjes met ingrediënten en je hebt ook wat te doen aan tafel!

Deze summerrolls, de naam zegt het eigenlijk al, zijn ideaal als lichte maaltijd op een zomerse dag. Je kan er allerlei soorten ingrediënten in doen. Experimenteer met verschillende groenten, vis en kruiden!

Ingrediënten (4 personen)

– Rijstvellen (te koop bij de toko of grotere supermarkt)
– Stuk verse zalm
– Bakje Hollandse garnaaltjes
– 300 gram kipfilet
– handje taugé
– zakje wortel julienne
– Bosje lente ui
– 1 paprika
– pinda’s
– Verse kruiden (bijvoorbeeld munt, koriander of peterselie)
– Sojasaus, chilisaus

+ bakje lauw water

Sausje 1
– 3 eetlepels pindakaas
– lepel hoisin saus
– sap van een halve limoen

Sausje 2
– 5 eetlepels chilisaus
– klein handje pinda’s
– 1 lente ui
– sap van een halve limoen

Snij alle groenten en de zalm in smalle reepjes en doe ze in verschillende bakjes. De kip snij je ook in reepjes en bak je met wat zout, peper en ketjap. Kook de mihoen volgens de verpakking. Doe de pinda’s en kruiden ook in kleine schaaltjes.

Voor het eerste sausje laat je de pindakaas samen met de hoisin saus warm worden in de pan. Aan het eind voeg je de limoensap toe. Voor het tweede sausje snij je de lente ui in dunne ringetjes. De pinda’s bak je kort in de pan en hak je fijn. Roer alles door elkaar en voeg er 2 eetlepels water aan toe.

Aan tafel neem je een rijstvel en laat die even kort weken in het water. Je kan ook met je vingers en wat water over de vellen wrijven tot ze zacht zijn. Leg op een helft de vulling, vouw het rijstvel erover, vouw dan de zijkanten naar binnen en rol op.